bully

Week 6: Opdracht Bully

(bijna) Iedereen heeft te maken gehad met pesten. In het programma bully wordt een aantal kinderen gedurende het schooljaar gevolgd om alle kanten van het pesten te belichten. Zoek op internet 1 uitzending op en bekijk deze.

Opdracht:

—  Observeer het gedrag van de (gepeste) kinderen. Wat valt je op?
Tyler: Vroeger was hij erg vrolijk met een aanstekende lach. Toen hij ouder werd keerde hij steeds meer in zichzelf. Hij vermeed drukke plekken en kon niet tegen de drukke geluiden. Hij was ook niet sportief en werd altijd als laatste gekozen met gym. Hij huilde veel tot hij op een gegeven moment op een punt kwam dat hij niet meer huilde. Vanaf toen wisten ze niet meer wat er door hem heenging. Hij werd uitgescholden en gepest. Zijn hoofd werd bijvoorbeeld in een kluisje geduwd.
Er lag een briefje op bed en zijn vader liep naar binnen en zag Tyler in de kast. Zijn broertje heeft het ook gezien. Ze snappen waarom hij het heeft gedaan. Hij werd erg vernederd op school, kleding werd afgepakt terwijl hij onder de douche stond, terwijl hij aan het plassen was werd hij omver geduwd en zat hij zelf helemaal onder. Ze zeggen dat het meer geestelijke mishandeling is geweest in plaats van lichamelijk. Hier ben ik het niet helemaal mee eens. Hij is wellicht niet helemaal in elkaar geslagen, maar wanneer iemand al aan jou komt, ongewenst en jou duwt vind ik dit al lichamelijk.

Alex: Hij voelt zich goed thuis, zijn zusje vindt hij irritant, hij is trots op zijn kleine broertje van 6, omdat hij erg goed kan leren. Zijn andere kleine zusje is een kletskous. Ook heeft hij nog een kleiner broertje.
Hij is zenuwachtig om naar school te gaan, want hij vindt leren wel leuk maar de mensen niet. In de bus naar school wordt hij al gepest. Er wordt omschreven hoe iemand een einde aan zijn leven maakt en hem kapot maakt.
Ze slaan hem, slaan dingen uit zijn hand, pakken dingen af, gaan op hem zitten etc. Ze drijven hem zo ver dat hij een bijna een pester wilt zijn, om er van af te zijn.

Kelby: Ze wordt overal buitengesloten omdat ze lesbisch is. Ze werd aangereden voor een busje. Ze wijkt af van de norm en wordt daarom het slachtoffer. Ze sneed zichzelf en heeft 3 keer een zelfmoordpoging gedaan. Niet alleen Kelby wordt buitengesloten, maar haar familie wordt ook buitengesloten. Ze kreeg een briefje in haar kluisje dat homo’s hier niet toegestaan zijn op school. Zelfs de leraren hadden de pik op haar en vertelde hoe homo’s werden verbrand e.d. Er komt ook geen steun vanuit de school.

Cole: Hij wordt gevolgd en gepest door iemand anders en moet het uiteindelijk goedmaken door een hand te geven. De politie is zelfs ingeschakeld. Ze waren eerst vrienden, maar daarna is hij hem gaan pesten.

—  Hoe kun je het gedrag verklaren d.m.v. de piramide van Maslow?
Tyler: Hij voelt zich niet fijn, slaapt, drinkt en eet dagelijks en gaat zo maar een beetje door. Ondanks dat het helemaal niet goed gaat en er niets wordt veranderd. Hij zit in de onderste laag van de pyramide: fysiologische behoeften.
Alex: Hij zit in de tweede laag, zekerheid. Maar wèl thuis. Op school en buiten niet. En thuis is het soms ook een beetje ‘mwa’. Zijn moeder gaat er ook niet echt dieper op in en zijn zusje is wel een beetje vervelend/pesterig.
Kelby: ze zit in de 3^e laag. Acceptatie van haar vrienden en familie. Maar hierbuiten is het wel erg onzeker. Ze wordt totaal niet geaccepteerd, maar ze laat zich ook zeker niet wegjagen.

Procedures

Opdracht Procedures week 8

Geef een concreet voorbeeld uit je eigen praktijk van de onderstaande procedures: (beschrijf dit zo volledig mogelijk)
Ik neem mijn vorige baan bij Domino’s Pizza als voorbeeld.

• Gedragscodes.
  Je hebt altijd jouw werkkleding aan, zwarte broek, donkere schoenen, polo, schort, geen sieraden, accessoires en tattoos te zien,  lang haar vast en in een staart, pet op.
  Je bent beleefd en klantvriendelijk, scheld niet en doet wat er van je gevraagd wordt.
• Wettelijke procedures
  Er wordt geen alcohol verkocht aan mensen onder de 18 jaar. Uiteraard wordt er met HACCP gewerkt, aangezien er met voedsel gewerkt wordt.
• CAO en sociaal beleid
  Het is van een franchise-ondernemer. Je hebt een manager en assistant-manager en mederwerkers. Wanneer je een hele dag werkt heb je recht op een maaltijd die je zelf mag maken. Je moet wel in de computer zetten wat je hebt gegeten, zodat het met het tellen van de producten meegenomen kan worden. Wat pauzes betreft is het kijken wanneer je pauze kunt nemen, soms is het te druk en moet je toch wat langer bijspringen. Als het eindeloos doorgaat, kun je toch gewoon pauze nemen ondanks dat je nodig bent op de werkvloer. De fooi die de bezorgers krijgen mogen ze zelf houden of kan in de fooienpot. Fooi die men in de winkel krijgt gaat naar de fooienpot.
• Werkprocedures
  Wanneer je in de keuken werkt zijn er bepaalde volgorde van dingen die je moet doen. Allereerst moet de bestelling aangenomen worden en in de computer worden geregistreerd. Dit geef je door aan je collega’s en dan wordt het product gemaakt; het moet binnen 2 minuten al in de oven zitten en er moet iemand achter de oven staan en doorgeven wanneer iets klaar is voor de carry-out (mensen komen het ophalen) of als het een ritje is (bezorgd met de scooter).  Of je nu de telefoon aanneemt, het product maakt of afmaakt of wegbrengt maakt niet uit. Er is een bepaalde routine hierin, bepaalde regels van stappen.
• Veiligheidsvoorschriften
  Voor de veiligheid en hygiëne moet je bepaalde kleding dragen. Lange broek bijvoorbeeld, een pet op met jouw haar erin. Je werkt met handschoenen, zo niet dan moet je continu je handen wassen. Ook wordt er gecontroleerd naar de data van de producten. Zeker bij een levering, first in first out. Dus de meest naderende datum moet als eerste uit de koeling worden gepakt wanneer nodig. Ook is er een nooduitgang en zijn er camera’s aanwezig. Ook wordt er tussendoor geld gedropt wanneer er te veel in de winkel is. En aan het eind van de avond moet het ook nog naar de bank gebracht worden (storten). Dit kan alleen, maar is veiliger met z’n twee. Verder heeft de manager en assistant-manager toegang tot de sleutel van de kluis en de kassa’s. Een shiftrunner (iemand die ook assistant wilt worden, maar nog in opleiding is) kan ook de verantwoordelijkheid krijgen over de sleutel wanneer nodig. Ook is er een alarm op de winkel die afgaat, tenzij je de code weet natuurlijk.. Deze wordt ook om de zoveel tijd veranderd. Niemand weet de code behalve de manager, assistant-manager en shiftrunners.
• Milieuvoorschriften
  Qua schoonmaak gebruik je de juiste middelen, voor de toilet, vloer, voedselgedeelte etc. Afvalbakken worden uiteraard elke dag verschoond, de winkel ook, elke dag wordt er gedweild, afgewassen en alles schoon en netjes achtergelaten voor de volgende dag. Ook wordt er aangevuld in de koelingen.
• Procedures huisstijl
  De mensen die in de winkel werken (dus niet de bezorgers, tenzij ze getraind zijn) moeten een cursus volgen voor klantvriendelijkheid en krijgen ook cursus over veiligheid e.d. Hiervoor krijg je ook certificaten. Je wordt getraind om een zo goed mogelijke medewerker te zijn. Je ziet er netjes en verzorgd uit.
• Ziekteverzuimprocedures.
  Wanneer je ziek bent dit aangeven en andere collega’s bellen om te vragen of ze voor jou in kunnen vallen. Kom je een aantal niet opdagen en ben je niet bereikbaar e.d. dan kun je een andere baan gaan zoeken. Je krijgt uiteraard wel eerst wat waarschuwingen.

Psychologische stromingen

Opdracht Psychologische stromingen

1.      Beschrijf op je blog één specifieke situatie (gedrag) van jezelf, iemand van de doelgroep of gedrag uit een kort filmfragment.
De afgelopen tijd zit ik niet lekker in mijn vel en krijg ik migraine aanvallen. Er is van alles aan de hand: relatie stuk, maar woon nog samen, spullen uitzoeken en weggooien, familiedingen, relaties met vrienden etc. Dit alles geeft mijn lichaam stress en onduidelijkheid en heb last van andere lichamelijke kwalen.

2.      Beschrijf hoe de aanhangers van de verschillende stromingen dit gedrag zouden verklaren.

·         Psychoanalyse:
In dit geval zou het te maken hebben met het verdringen van emoties, gedachten en ervaringen. Door wat ik als klein kind heb gezien en meegemaakt, in dit geval ook met mijn ouders en thuissituatie. Deze dingen maak ik nu ook mee in mijn relatie(s). Alsof ik hen als het ware aan het kopiëren ben en hetzelfde soort pad bewandel, ondanks dat ik een ander persoon ben, maar wel enige genetische eigenschappen heb overgenomen. Ik heb last van stress en dit uit zich in de lichamelijke klachten, zoals de rug (hernia) en mijn hoofd (migraine).

·         Behaviorisme:
In dit geval is het aangeleerd. Door wat ik heb gezien bij mijn ouders en bij anderen, ben ik gaan kopiëren. En aangezien het aangeleerd is, kan het ook afgeleerd worden. Bepaalde denkwijzen zouden in dit geval dan ook aangeleerd zijn, doordat ik luister wat de ander zegt in een bepaalde situatie. Alsof ik dan ook zo zou moeten reageren, denken en voelen.  Omdat ik denk dat dit zo hoort.

·         Eugenesebeweging:
In dit geval heb ik het geërfd van mijn ouders. Bepaalde eigenschappen, zoals koppigheid, rechtvaardigheidsgevoel, zorgzaam, lief etc. Omdat ik een combinatie ben van beiden is het niet zeker wat er precies uitkomt. 

·         Humanisme:
In dit geval is het mijn eigen keuze. Ik heb de vrijheid om te kiezen wat ik wil doen met mijn leven. En aangezien ik signalen doorkrijg dat het nu niet goed gaat, heb ik ook een keuze gemaakt er achter bepaalde dingen een punt te zetten.

1.Maslov
Door negatieve dingen in jouw leven te hebben groei je niet verder. Door deze belemmeringen weg te halen heb je, creëer je veel meer mogelijkheden voor jezelf. Ook leren van jezelf te houden, je mag er zijn en jezelf laten horen en tevreden zijn met wat je hebt en wat je doet; zelfacceptatie.

2.Rogers
Je wilt je beste beentje voor zetten en doorzetten ook al kun je niet meer. Je moet het van jezelf . Mensen zijn goed en gezond en problemen zijn een verstoring van de natuurlijke richting van de mens.
Je weet zelf wat het beste voor je is, mits je in een veilige omgeving zit.

3.Gordon (wanneer het om communicatie gaat)
Gelijkwaardigheid in relaties, effectieve en oplossingsgerichte communicatie. Er wordt gekeken naar wie een probleem heeft, er wordt actief geluisterd, er wordt gewerkt met de ik-boodschap om je grenzen aan te geven, je moet kunnen overschakelen en conflicten oplossen.

Positieve psychologie

Opdrachten Les week 6 Positieve psychologie:

Mijn geweldige Naam: Dominique van Rijk

En dit betekent: Op zondag geboren.

1. Maak een test (kopie pag 8 t/m 12 uit het boek ontdek je verborgen tallent)
1. a

2. a

3. a

4. c

5. d

6. b

7. b

8. a

9. a

10. b

11. b

12. a

13. b

14. a

15. a

   35 punten

2. Waar houdt je van?

a.       Noteer 8 (dagelijkse) dingen die je graag doet en niet wilt missen

- lezen

- koken

- televisieserie kijken

- knuffelen met mijn hond

- sporten

- kaarsjes en wierrook branden

- mediteren

- muziek en zingen

b.      Verdeel deze 8 punten in onderstaande tabel

Rituelen die je tot rust brengen	Van vitaal belang
Kaarsjes en wierrook branden Lezen Mediteren Knuffelen met de hond Televisieserie kijken Muziek Koken	Sporten Mediteren Lezen Muziek  en zingen

2.       Een kip of een adelaar?

a.       Luister naar het verhaal

b.      Vul onderstaande tabel in. Waar liggen jouw mogelijke kansen?

Wat kan jij volgens jou echt niet?	Wat zou er  gebeuren als je het wel zou kunnen?	Weet je echt zeker dat je het niet  kunt?
Vliegen	Dan zou ik de wereld verkennen	JA
Schaatsen	Dan zou ik willen leren kunstschaatsen	JA
Een marathon lopen	Dan zou ik super fit zijn en zou ik misschien winnen en een goed doel kunnen steunen.	JA

3.       Wat vindt een ander van jou? Denk hierbij aan je vader, moeder, vrienden, klasgenoten, stagebegeleiders, doelgroep, wildvreemden, enz. Vul alle tekstballonnen in.

      Wat vindt je van jezelf?  Maak een wordle via www. Wordle.net. en voeg je creatie hier toe. (installeer wel eerst Java www.java.com/verify/).
Dit is mij niet gelukt, dus ik heb zelf een wordle in Photoshop gemaakt:

          Een geboren winnaar!

Vergeet niet dat je geboorte al je eerste overwinning was! Degene die je nu bent, is voortgekomen uit 1 zaadcel die na een ingewikkeld parcours als eerste van miljoenen anderen zaadcellen bij de eicel kwam…

Beschrijf hieronder nog een aantal dingen waarin jij een ander wel eens uit wilt dagen voor een potje “vechten”of “krachtmeten”

Schrijf alles op, ook al lijken het onbenulligheden.

6.       Een lijst met talenten

a.       Lees de lijst door en vink een talent aan wanneer u dit herkent

o   De hyperactieve

o   De flexibele

o   De gestructureerde - x

o   De controleur - x

o   Het pietje-precies - x

o   De organisator - x

o   De geboren leider - x

o   De enthousiasteling

o   De verantwoordelijke - x

o   De communicatiegerichte

o   De overtuiger

o   De teambuilder

o   De onderhandelaar

o   De meevoelende – x

o   De competitieve - x

o   De onthuller van talenten

o   De optimalisator

o   De visionair

o   De creatieveling - x

o   De strateeg

o   De verzamelaar - x

o   De intellectueel - x

o   De veerkrachtige

b.       KLOPT DEZE LIJST? Is ie te lang of te kort? Check de ingevulde lijst het GEHUP (Gemak, Erkenning, Herhaling, Uitvoerbaarheid en Plezier)

c.       Maak je definitieve lijst:

- verantwoordelijke

- meevoelende

- leidinggevende

- perfectionist

- presentator

- creatieveling

- dromer

7.       WAT ALS…….

Vragen	antwoorden	Wat zou me dit opleveren als ik dit zou hebben of zou doen?
Als ik niet zou moeten werken om te kunnen leven?	Dan zou ik alles doen wat mijn hartje begeert en de rest van de mensen waar ik mee omringt ben.	Dan zou ik veel meer vrije tijd hebben en makkelijker mijn doelen kunnen behalen.
Als ik de lotto zou winnen, met welk bedrag zou ik dan willen winnen om dolgelukkig te kunnen zijn?	Zolang ik genoeg geld heb om een mooi huis en een auto te kunnen kopen, kinderen te kunnen onderhouden en studies te kunnen volgen en cursussen en mijn hobby’s kan uitoefenen, en kan reizen en dingen kan doen wat ik wil doen in mijn leven… Ik weet niet hoeveel geld dat zou zijn.. Als ik nog, laten we zeggen, 65 jaar mee wil gaan.. 5 miljoen.. Dan zou ik al gelukkig zijn. Dan heb ik voor 65 jaar 3000 euro in de maand, een huis, een auto en nog heel veel geld over.	Dan zou ik gelijk kunnen doen wat ik wil zonder een lange omweg. Dan kan ik mijn dromen waarmaken en wellicht die van anderen.
Al ik een genie in een bottle zou vinden. Welke  3 dingen zou ik wensen?	Ik zou wensen voor een fijn huisje. Ik zou wensen dat ik kon teleporteren, zodat ik overal naartoe kan waar ik maar wil en wanneer ik wil. Ik zou wensen voor veel geld zodat ik dingen kan doen zoals op vakantie gaan, dingen kopen voor mezelf en anderen, cursussen kon volgen en een hippie busje met rijbewijs.	Een basis en veel vrijheid om te doen wat ik wil, om gelukkig te worden.
Als ik  1 ding in het leven anders / ongedaan zou kunnen maken, wat zou dat dan zijn?	Ik zou oorlogen, geweld en mensenhandel, dierenmishandeling en verwaarlozing stoppen.	Dan zou mij dit veel beter laten voelen. En ik geloof andere mensen ook.

8.       Lees alle antwoorden eens door…

a.       Waarvan was jij je nog niet bewust?

Dat de rituelen die ik doe ook van vitaal belang zijn.

b.      Waarin ben je nog niet (zo) bekwaam?

Luisten naar wat ik wil.

c.       Waarvan was jij je al wel bewust?
Dat ik volwassen overkom/ben.

d.      Wat kan je eigenlijk heel goed, maar vindt je vanzelfsprekend?

Organiseren, budgetbuying, kickboksen(sport), fietsen, schrijven, luisteren, zingen.

e.      met welke talenten wil je gaan werken?

- koken               

- fotografie en photoshop

- zingen

- talen

-  organiseren

9.        Wat heb jij nodig voor jouw wonder recept?

 

Dramadriehoek

Zelfstandige opdracht Week 4 Dramadriehoek

1.       Beschrijf wat jouw “favoriete” rol  in de dramadriehoek. Vanuit welke rol reageer jij wanneer:

a.       Er dingen op school van je gevraagd worden waar je het niet mee eens bent
Ik zou er tegen in gaan, opnoemen waarom ik het er niet mee eens ben. Uiteindelijk zal ik het wel doen. Ik denk aanklager, maar ook de redder.

b.      Er in je prive situatie een “aanval” op je gedaan wordt terwijl je dat onredelijk vindt
Dan zou ik mezelf verdedigen en de ander op andere dingen attenderen. Aanklager dus..

c.       Er op werk of stage iemand van de doelgroep boos op je af komt  en jou de schuld geeft van alles.
Misschien zou ik wel in de rol van de slachtoffer aannemen. Omdat het niet eerlijk is. Maar ook de rol van de redder. Omdat het niet waar is en ik het beter weet.

Geef een voorbeeld van een moment waar je deze week (onbedoeld) in de dramadriehoek terecht bent gekomen:
Ik had een afspraak gemaakt met iemand en die persoon kwam het niet na. Hierdoor raakte ik geïrriteerd en nam ik de rol van de aanklager aan. Oude koeien uit de sloot halen e.d. Maar later wilde ik het wel oplossen en uitpraten.

3.       Beantwoord daarbij de volgende vragen:

a.       Welke rol  nam je aan?
De rol van de aanklager en de rol van de redder.

b.      Welke rol nam de ander aan?
De rol van de slachtoffer, maar later ook die van de redder. Omdat die persoon het ook wilde oplossen.

c.       Wat was het moment dat het spel werd verbroken?
Ik ben weggelopen na het gene wat ik te zeggen had.

d.      Met wat voor gevoel bleef je achter?
Met een rotgevoel.

Waar zou jij wat meer op moeten letten in de communicatie met anderen  zodat je minder in de dramadriehoek terecht komt?
Mijn minder snel aangevallen voelen, zodat ik ook niet in de verdediging schiet en de rol van de aanklager aanneem.

Filmpje over aangeleerd gedrag:

https://instagram.com/p/6HyX_arj-z/?taken-by=inspiration327

Groepsfasen

Elke groep doorloopt een aantal groepsfasen; met hun eigen 'regels' en 'denkwijzen'.

Verschillende groepsfasen
Voorfase: Je kent elkaar niet, maar hebt wel jouw eigen verhaal. Vaak nemen mensen een rol aan die ze gewend zijn. Men gedraagt zich op een bepaalde manier.
Forming (vormen/onstaan van de groep): Mensen komen samen in de groep en leren elkaar langzamerhand kennen. Er wordt veel gelet op hoe men iets zegt. Je ziet hier dan ook de verschillende soorten/type mensen naar voren komen. Je ziet de 'denkers', 'doeners', 'kijkers' et cetera. Vaak komt er ook wel iemand of meer mensen naar voren met leiderschapskwaliteiten.
Storming (conflict-fase): Men is opzoek naar hun eigen plekje in de groep. De taakverdeling komt nu naar voren. Het kan botsen omdat men hun eigen ideeën heeft. Er kan wat spanning ontstaan.
Norming (norm of standaarden-fase): Men went aan de groep en de samenwerking. Er komt plaats voor acceptatie, waardering en vertrouwen. Er wordt meer met elkaar gedeeld en de samenwerking komt op gang. Echt het 'wij-gevoel' dus.
Preforming (prestatiefase): Men weet wat ze aan elkaar hebben en kennen elkaars eigenschappen; zwakke en sterke punten. Hier wordt op ingespeeld. Problemen worden aangepakt en men vult elkaar aan.
Het komt vaak voor dat men niet eens deze fase haalt. Vaak komt er een nieuw iemand of meerdere mensen in de groep. Dit proces gaat dan weer een paar stappen terug en er wordt weer gezocht naar een plekje in de groep.
Adjourning (uit elkaar gaan/afscheidsfase): Het doel is behaald en de groep valt uit elkaar.

Transactionele Analyse

Het is een theorie over gedrag en communicatie.

Opdracht: herkenning groepsontwikkeling

Ga met elkaar terug in de herinnering naar de eerste bijeenkomst van deze groep.

2a. Hoe gedroegen de mensen zich en hoe voelde je jezelf toen?
In het begin gedroeg het grootste deel van de groep hetzelfde als vorig jaar. Er zijn dit jaar een aantal nieuwe klasgenoten bijgekomen en nu beginnen de groepsfases eigenlijk een beetje opnieuw.
In het begin kijken sommige mensen de kat uit de boom en andere zijn aanwezig en druk aan het socializen. Het is natuurlijk in het begin allemaal nieuw en je moet je plekje nog even vinden.

b. Wat is er herkenbaar in de thema’s oriëntatie en inclusie?
In het begin moet de groep zich nog vormen, iedereen is opzoek naar zijn of haar positie in de groep. Je bent ook opzoek naar mensen waarmee je 'matcht', als in, dezelfde interesses en ideeën etc. En wanneer je dingen met elkaar deelt kun je vertrouwen opbouwen.

c. Heb je zulke signalen later ook nog gezien? Zo ja, wanneer en onder welke omstandigheden?
Ja, want er zijn nieuwe mensen in de groep gekomen.

3a. Kun je je herinneren dat er in de groep signalen waren van een machtsfase waarin
bijvoorbeeld om invloed werd gestreden? Bekvechterij, terugkerende discussies, mensen die op hun strepen staan, niet voor anderen onder willen doen, discussie met de docent?
Ja.

b. Was dat incidenteel?
Ja en nee. Er zijn een aantal leerlingen die graag de discussie met bijvoorbeeld de leraar aangaan.

c. Wat volgde erop?
Discussie of uit de les.

4. Welke signalen kun je je herinneren van een affectiefase in de groep, bijvoorbeeld momenten waarop duidelijke uitingen van positief en / of negatief gevoel te ervaren waren, zoals waardering voor personen, ontroering, uitingen van positieve gevoelens voor de groep als geheel, woede en andere gevoelens?
Mensen vragen hoe het gaat, of alles oké is. Je geeft een knuffel omdat je elkaar hebt gemist na de vakantie. Maar ook in het begin van het schooljaar moest je bij Beroepsvaardigheden een presentatie over jezelf houden. Het was best emotioneel.

5a. In hoeverre heeft deze groep ook de autonome fase bereikt?
Ik geloof wel dat iedereen zijn positie heeft ingenomen. Men kan zichzelf zijn, ook al kunnen sommige mensen jou nog wel 'raar' vinden. Nog niet iedereen kent de onderlinge betrekkingen e.d. De groep kan overigens niet echt zonder leiding functioneren denk ik.. Dus we zitten misschien wel half in deze fase.
b. Welke signalen kun je daarvan benoemen?
Niet iedereen praat echt 'diep' met elkaar of vertrouwt elkaar. Zo leer je elkaar ook niet goed kennen natuurlijk, maar sommige vinden dat zo ook wel prima. Je merkt wel dat er een aantal graag aan het woord zijn of de leiding willen nemen. De vraag is of dat ook wel voor sommige personen is weggelegd.
6a. Welk thema van groepsontwikkeling speelt nu het sterkst een rol in de groep?
Het is een beetje half-half. In de machtsfase en de affectie-fase denk ik.
b. Welke signalen zie je daarvan?
Men kijkt nog waar ze staan; wie is de baas, wie wilt de baas zijn, wie beïnvloedt wie? Er wordt onderling wel gesproken over gevoelens, soms 1 op 1. Soms met wat meer mensen. Maar nog lang niet iedereen deelt alles of begrijpt elkaar.
7. Welke eigenschappen moet een docent volgens jullie hebben om jullie klas goed te kunnen begeleiden?
Leidinggevend, geduld, openhartig, meelevend, actief, dominerend, kalm, luisterbereid, oplettend, opmerkzaam, observerend, eerlijk, verantwoordelijk, volwassen en vriendelijk....
Dit zijn er nogal wat, maar om een goede leraar ze zijn denk ik wel dat je aardig wat eigenschappen moet hebben. Ook om de controle te hebben voor de les.

Mijn zwakke en sterke kanten

Mijn zwakke kanten:

ongeduldig

koppig

perfectionistisch

hard voor mezelf

overgevoelig
eigenwijs

overbezorgd
direct
moeilijk dingen loslaten/ergens bij neerleggen

Mijn sterke kanten:

harde werker

sociaal

creatief

muzikaal

zorgzaam

eerlijk

groot empatisch vermogen/spiritueel

leergierig

ruimtelijk inzicht

teammplayer maar ook zelfstandig

schrijven/taal

rekenen

nauwkeurig

toekomstgericht

Persoonlijkheidstest

Big Five persoonlijkheidsrapport

De Big Five persoonlijkheidstest geeft je inzicht in de vijf hoofddimensies van persoonlijkheid. Dit inzicht kun je gebruiken om jezelf beter te leren kennen of jezelf voor te bereiden op een assessment bij een sollicitatie. Dit kan voor een werksituatie, in een relatie of welke andere sociale situatie dan ook, van belang zijn. Er wordt hieronder verteld wat de dimensies grofweg zijn en hoe jij scoorde.

De scores

Scores lopen van 1 tot 20.

Emotioneel onbekommerd

Deze schaal heeft betrekking op emotionele stabiliteit. Je scoorde 6 op deze schaal. Hoogscorers maken zich niet snel zorgen. Laagscorers zullen sneller boos, ongerust of uitgelaten zijn.

Onbaatzuchtigheid

Deze schaal heeft betrekking op inschikkelijkheid. Je scoorde 18 op deze schaal. Hoogscorers staan meer open voor de belangen en wensen van anderen. Laagscorers gaan meer uit van hun eigen belang.

Gewetensvolheid

Deze schaal heeft betrekking op doelgerichtheid. Je scoorde 10 op deze schaal. Hoogscorers hebben een sterke 'drive' om zaken op orde, geregeld te hebben. Laagscorers hebben een meer flexibele houding en kunnen beter tegen chaos.

Extravertheid

Deze schaal heeft betrekking op het nodig hebben van sociale prikkels. Je scoorde 17 op deze schaal. Hoogscorers zijn op zoek naar gezelligheid en treden graag op de voorgrond. Laagscorers treden minder snel op de voorgrond.

Openheid

Deze schaal heeft betrekking op originaliteit en intellectualiteit. Je scoorde 18 op deze schaal. Hoogscorers treden graag buiten de betreden paden en zitten vol ideeën. Laagscorers hebben een meer praktische instelling.

Who am I?

Hello,

Mijn naam is Dominique en ik ben 25 jaar 'oud', Ik woon in Den Bosch, samen met mijn vriend/verloofde.
Ik heb een hondje, genaamd Oliver. Maar we noemen hem Ollie, Olliebollie, Olleke, Ol...
Ik heb 2 broers en 1 zus, ik ben de Benjamin in het gezin. Mijn ouders zijn geboren in Indonesië, maar ik heb Nederlands, Indonesisch, Duits, Chinees en Portugees bloed.. Mengelmoes dus.
Verder zijn mijn interesses vrij uitgebreid: muziek, zingen, fotografie, film, reizen, lezen, koken en spiritualiteit....

Als je nog iets wilt weten, just ask.
Ciao.