Zelfstandige opdracht
Week 4 Dramadriehoek
1.
Beschrijf wat jouw “favoriete” rol in de dramadriehoek. Vanuit welke rol reageer
jij wanneer:
a.
Er dingen op school van je gevraagd worden waar
je het niet mee eens bent
Ik zou er tegen in gaan, opnoemen waarom ik het er niet mee eens ben. Uiteindelijk zal ik het wel doen. Ik denk aanklager, maar ook de redder.
Ik zou er tegen in gaan, opnoemen waarom ik het er niet mee eens ben. Uiteindelijk zal ik het wel doen. Ik denk aanklager, maar ook de redder.
b.
Er in je prive situatie een “aanval” op je
gedaan wordt terwijl je dat onredelijk vindt
Dan zou ik mezelf verdedigen en de ander op andere dingen attenderen. Aanklager dus..
Dan zou ik mezelf verdedigen en de ander op andere dingen attenderen. Aanklager dus..
c.
Er op werk of stage iemand van de doelgroep boos
op je af komt en jou de schuld geeft van
alles.
Misschien zou ik wel in de rol van de slachtoffer aannemen. Omdat het niet eerlijk is. Maar ook de rol van de redder. Omdat het niet waar is en ik het beter weet.
Misschien zou ik wel in de rol van de slachtoffer aannemen. Omdat het niet eerlijk is. Maar ook de rol van de redder. Omdat het niet waar is en ik het beter weet.
Geef een voorbeeld
van een moment waar je deze week (onbedoeld) in de dramadriehoek terecht bent
gekomen:
Ik had een afspraak gemaakt met iemand en die persoon kwam het niet na. Hierdoor raakte ik geïrriteerd en nam ik de rol van de aanklager aan. Oude koeien uit de sloot halen e.d. Maar later wilde ik het wel oplossen en uitpraten.
Ik had een afspraak gemaakt met iemand en die persoon kwam het niet na. Hierdoor raakte ik geïrriteerd en nam ik de rol van de aanklager aan. Oude koeien uit de sloot halen e.d. Maar later wilde ik het wel oplossen en uitpraten.
3.
Beantwoord daarbij de volgende vragen:
a.
Welke rol nam je aan?
De rol van de aanklager en de rol van de redder.
De rol van de aanklager en de rol van de redder.
b.
Welke rol nam de ander aan?
De rol van de slachtoffer, maar later ook die van de redder. Omdat die persoon het ook wilde oplossen.
De rol van de slachtoffer, maar later ook die van de redder. Omdat die persoon het ook wilde oplossen.
c.
Wat was het moment dat het spel werd verbroken?
Ik ben weggelopen na het gene wat ik te zeggen had.
Ik ben weggelopen na het gene wat ik te zeggen had.
d.
Met wat voor gevoel bleef je achter?
Met een rotgevoel.
Met een rotgevoel.
Waar zou jij wat meer
op moeten letten in de communicatie met anderen
zodat je minder in de dramadriehoek terecht komt?
Mijn minder snel aangevallen voelen, zodat ik ook niet in de verdediging schiet en de rol van de aanklager aanneem.
Mijn minder snel aangevallen voelen, zodat ik ook niet in de verdediging schiet en de rol van de aanklager aanneem.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten